Interview met Theun Zwart

Deze keer een interview met Theun Zwart het oudste lid van de vereniging die nog badminton speelt, gehouden door Wilbert van Hofslot op 31 mei 2018. Best wel interessant om eens kennis te maken! 

1. Op welke avond of dag speel u badminton en waar?
Op de donderdagochtend in de Peelohal bij de senior recreanten.

2. Hoe lang badmintont u al? Hoe lang bent u lid van de club of haar voorgangers?
Ik ben begonnen op 17 september 1992. Rondom die tijd ging ik met pensioen.

3. Verliefd, verloofd, getrouwd? Heeft u kinderen?
Ik ben al 61 jaar getrouwd en nog steeds een beetje verliefd. Het bewijs zit daar (wijst naar zijn vrouw). Mijn vrouw en ik hebben samen 3 kinderen gekregen; 2 zoons en 1 dochter. Onze dochter was de oudste van de 3. Zij is helaas 16 jaar geleden overleden. Dat ervaar ik nog steeds als een enorm gemis. Bij elke familiegebeurtenis word ik eraan herinnerd dat zij er niet bij is; dat doet pijn. (Van sommige dingen word ik als interviewer een beetje stil. Na meer gehoord te hebben over de omstandigheden bij deze ingrijpende gebeurtenis, wat in dit kader een beetje te ver voert om te vermelden): De oudste zoon Lize woont in Assen en is eigenaar van Autoschadeherstelbedrijf Poepe. Hedzer, de jongste zoon, woont in Uitgeest en is werkzaam in het O.L.V. Gasthuis Ziekenhuis in Amsterdam. We hebben 7 kleinkinderen en 2 achterkleinkinderen.

4. Wat is uw leeftijd?
Ik ben geboren op 19 juli 1932 in Dronrijp (Fr.).

5. Hoe komt het dat u nog zo gezond bent dat u nog kan spelen? Dat is best bijzonder, op uw leeftijd zijn dat er slechts weinigen.
Gezondheid krijg je. Het gaat er meer om; hoe ga je er mee om? Mijn vader is slechts 76 jaar geworden. Een deel van de familie is best oud geworden. Ik ben nooit ziek geweest, behalve een griep rond de kerst. In 2008 heb ik wel een lichte hartinfarct gehad. Ik drink wel eens een borreltje, maar ik heb me nooit bezondigd aan uitspattingen. Ik hecht waarde aan een regelmatig leven, bijv. altijd om zeven uur à half acht opstaan en wat boterhammetjes eten, om 10.00 uur koffie, om 12 uur warm eten enzovoort. Verder eet ik veel vers. Minimaal 5 dagen in de week eet ik verse groente en aardappelen en nooit snelle hap. Heel soms ga ik uit eten. Maar niet elke week; het moet een feest zijn! Sinds mijn pensioen lig ik tussen de middag een half uurtje op de bank. Verder ben ik nog best veel lichamelijk actief.

6. Wat is uw beroep of waar houdt u zich hoofdzakelijk mee bezig?
Ik ben nu gepensioneerd. Na de RHBS en de Zuivelschool in Bolsward werd ik assistent directeur en later adjunct-directeur bij zuivelfabrieken in Roordahuizum, Texel en Langelille. Tot slot ben ik directeur geweest bij Meko Technische dienst, een servicebedrijf in melkkoeltanks en koeltechniek in algemene zin.

7. Heeft u nog hobby's naast badminton?
Ik houd van het houden van schapen (interviewer krijgt een rondleiding bij de percelen met schapen en dartele lammetjes. Schattig! Er is een weilandje met 2 schapen en 4 lammeren en een weitje met 2 schapen en 5 lammetjes. Overigens valt op dat de tuin er werkelijk keurig bij ligt!). Verder mag ik graag sporten o.a. tennissen. Ik vind het schitterend om iemand tactisch uit te spelen, daar te slaan waar iemand niet staat. Vroeger heb ik veel gekaatst. Dan moet je daar de bal slaan waar de tegenstander niet bij kan. Je zet iemand letterlijk op het verkeerde been. Daarnaast lees ik veel en zie graag naar sportwedstrijden op TV.

8. Wat zou u willen veranderen aan de club of aan het badminton in het algemeen?
Ik ben redelijk conservatief. Met de nieuwe spelregels had ik in het begin wat moeite. Verder maakt het mij niet zoveel uit. Onze donderdag overdag is vooral een gezelschapsclub.

9. Wat is uw mooiste badmintonervaring?
Ik vind elke trainingsmorgen mooi. We rouleren tegenwoordig meer dan vroeger, dat is leuker! Er is een mooie opkomst op donderdag. De laatste keer dat ik er was waren er 22 deelnemers.

10. Wat is uw lievelingseten?
Ik ben een groot liefhebber van soep! Als er geen soep bij het eten zit mis ik dat een beetje....

11. Waar gaat u het liefst op vakantie?
Niet meer helaas. Vroeger ging ik ’s zomers niet op vakantie vanwege mijn werk, maar wel op wintersport. Na mijn pensioen kon ik onbezorgd op zomervakantie en dat wende redelijk snel. Via familie kwam ik in aanraking met het fenomeen caravan en ben ik met mijn vrouw o.a. in het Munstertal, in het Zwarte Woud, veel in Zuid-Frankrijk en later in Italië bij het Gardameer geweest. Daarbij valt mij op dat Italianen veel vriendelijker zijn dan Fransen.

12. Wat is nog een grote droom van u? Wat zou u privé nog graag willen bereiken of doen?
Gezondheid is alles bepalend! (bij wat we eventueel nog te wensen over hebben). Ik hoop uiteraard dat het goed gaat met onze kinderen en kleinkinderen....

13. Wilt u zelf nog wat kwijt?
Dat het maar goed mag gaan met hen die het voortouw nemen bij de verenigingen. Al het verenigingsleven heeft het moeilijk. De economie draait op 2 werkende ouders; da’s een factor van belang.